Bartje is om trots op te zijn!

75 jaar Bartje

Bartje is 75 jaar

Wat vinden Drentse schrievers van Anne de Vries roman?

Hebben ze het gelezen?

Door Jan Westera

Erik harteveld:

“Of ik wat met Bartje heb? Heel veel. Ik heb Bartje zelfs
voorgelezen, voor het blindeninstituut. En kijk hier, in de kast heb ik ‘Bartje
zoekt het geluk’ ook staan. Ik ben wel een beetje een Bartje-kenner. Ik vind
het ook een geweldig boek. Ook een ontroerend boek. Bij de opnames voor het
blindeninstituut moest af en toe de recorder in de studio worden stopgezet,
omdat ik in huilen uitbarstte. Waarom? Omdat het boek heel treffend het leed
beschrijft, de armoedige levensomstandigheden van de familie van Bartje, waaraan
kleine kinderen ten prooi vallen. En hoe zo’n kereltje daar zo monter onder
blijft. Het boek bevat ook mooie gedachten: Als je een hut bouwt, en je er
nachts gaat slapen en er komt op de eerste ochtend rook omhoog, dan brandt dus
de kachel en dan mag de hut blijven staan. Omdat je je dan zelf kunt redden.
Dat is een mooie metafoor. Of Bartje inspiratiebron was voor Drentse
schrievers? Vast. Maar soms denk ik dat het beter voor Drenthe was dat
Dostojevski, Baudelaire of Sartre ons inspireerden. Het is beter om de
inspiratie van wat verder weg op te doen. Anders blijft de blik wel ‘n beetje
beperkt. De boeken van Anne de Vries hebben veel voor Drenthe betekend,
beslist. Ze hebben er ook voor gezorgd dat in de rest van het land een beetje
nostalgisch sepiabeeld van Drenthe is ontstaan, een plek waar een soort
achterlijk onnozel folkloristisch volkje woont. Dat beeld is nog versterkt
omdat Drenthe zich ook lange tijd zo heeft gedragen, een beetje sneuig.”

Van Erik Harteveld verscheen o.a. ‘Hoss is dood’ (poëzie, 1995) en ‘Veur
de Ewigheid…Vrouw Koetje vertelt’ (columns, 2002). Hij was stadsdichter van
Assen.

Marga Kool:

“Natuurlijk heb ik Bartje gelezen. Op school, op ulo-leeftijd, denk
ik. Ik vond het een ontroerend, mooi en ook grappig boek. Bartje geeft een
treffend beeld van een opgroeiend jochie. Bartje moet je zien als ‘Merijntje
Gijzen’ van A.M. de Jong, of ‘Jaap’ van Jacobus van Looij. Bartje heeft mij
niet geïnspireerd om in het dialect te gaan schrijven. Nee, het boek van Anne
de Vries is in het Nederlands geschreven. Enkele dialogen zijn in de
streektaal. Ik vond het wel leuk om zo’n boek te lezen over een streek, waarin
je woont en een tijd die je goed kent. Anders dan ‘Hilde’ van De Vries, wat ik
echt een streekroman vind, beschouw ik Bartje als literatuur dat met kennis van
de streek en haar bewoners is geschreven. Het is een te goed boek om
laatdunkend over te doen: het is een knappe en integere roman. De Vries behoort
weliswaar niet tot de absolute top, maar Bartje is wel gewoon goede literatuur
over een opgroeiend jochie in een moeilijke tijd. Ik vind het ook gezeur nu,
dat mensen het boek en het beeldje van Bartje tegenwoordig oubollig vinden en
slecht voor het imago van Drenthe. Dat is zulke grote onzin. Dat kunnen alleen
mensen menen die het boek niet hebben gelezen of geen verstand van literatuur hebben.
Het past ook bij mensen die denken dat Drenthe minderwaardig is en zich
vervolgens ook zo gaan voelen en gedragen. We moeten het beeld, als imago en
icoon, en het beeldje in Assen van Bartje juist koesteren. En tja, het is maar
een klein beeldje. Maar al-

les wat je verkleint krijgt iets Iulligs. Wat dacht je van de Nachtwacht
op een koek-

trommeltje? Bartje is alleen maar leuk voor Drenthe, echt iets om trots
op te zijn.”

Van Marga Kool verscheen o.a. de roman

‘Een Kleine Wereld’ en de dichtbundels

‘Achter oen ogen’ en ‘Kleine kathedraal’.

Jans Polling:

“Ik weet nog precies wanneer ik Bartje voor het eerst heb gelezen.
Dat was in 1969. Ik weet dat nog omdat ik toen net getrouwd was en in Drachten
kwam te wonen. Het gekke is dat ik door het lezen van Bartje me temidden van de
Friezen Drentser werd dan ik ooit was geweest. Ik ging me interesseren voor
alles wat met Drenthe te maken had. Ik was 23 jaar. En nee, dat had ik eerder
niet. Dat vind ik maar goed ook, je moet je ook niet al te jong voor dit soort
zaken gaan interesseren. Ik heb daarna Hilde’ ook nog gekocht en gelezen, het
andere boek van Anne de Vries. En ik

ging ook de boeken van Johan Hidding lezen. Echt een heel mooi boek vond
ik Bartje trouwens niet. Wel aardig. Ik nam er kennis van, zo moet je het
eigenlijk zien. De verhaaltjes in Bartje vond ik wel herkenbaar. Ik ben
opgegroeid in de jaren vijftig in Drenthe. En geloof me, die jaren waren niet
zo heel veel anders dan de tijd waarin Bartje leefde. Het boek van Anne de
Vries heeft me niet geïnspireerd in de zin dat ik daardoor ook in het Drents
ben gaan schrijven. Ik geloof ook niet dat de huidige Drentse schrijvers
inspiratie hebben gekregen door Bartje of zijn beïnvloed door deze roman. Ik
denk dat een Theo Thijssen -om maar iemand van buiten de provincie te noemen-
net zoveel of wellicht zelfs meer invloed op hen heeft gehad dan

Anne de Vries.”

Jans Polling is vooral bekend van tien verhalenbundels waarin het
vaderschap een belangrijke rol speelt. ‘Het komp wel goed’ (2006) is een soort
100 greatest hits van

verhalen uit die bundels.