D. Baving over Grietje Clewits
Toen ik in 1927 in Nieuw Roden als onderwijzeres werd
benoemd, leerde ik juffrouw Clewits kennen, die daar toen al ruim 18 jaar aan
de school werkzaam was. Nadat zij een aantal jaren in Oosterhesselen had
gewerkt, solliciteerde zij na de dood van haar vader – die onderwijzer was in
Roden – naar Nieuw Roden, toen nog Roderveld, en werd daar benoemd. Ze zou daar
ruim 30 jaar aan die school verbonden blijven. Ze woonde met haar moeder en nog
5 zusters, waarvan zij de oudste was, in hun huis aan de Herestraat.
Het huis met de lindebomen ervoor en witte hekjes als
afsluiting van de straat. Witte hekjes die je toendertijd in Roden overal zag,
maar die nu alle zijn verdwenen, evenals de bomen. Daar, in dat huis, heeft ze
al die jaren gewoond; later, toen ook haar zusters uit huis waren, alleen met
haar moeder. „Moeke Clewits” een geliefd, vast punt voor al haar dochters
en vele vrienden.
Bij de Nieuw Roder bevolking nam juffrouw Clewits een
grote plaats in. Ze had een warmvoelend hart, was opgewekt, geestig, had een
kwinkslag op haar tijd.
Als bestuurslid van het toenmalige „Hulp in Nood”
was zij met de toestand van de toen heel arme Roderveldsters goed op de hoogte,
en ze probeerde door die vereniging, te helpen waar ze maar enigszins kon.
Als secretaresse van het Roder dorpshuis heeft ze heel
wat cursussen voor elkaar gemaakt, soms met veel moeite. Ze trok er telkens
maar weer op uit om de arbeidersmeisjes op te wekken de lessen aan de
huishoudcursussen te volgen, om zodoende meer ontwikkeling op ‘t platteland tot
stand te brengen.
In die tijd dat wij samen op de school in Nieuw Roden
waren, schreef ze ook al kleine schetsjes voor ouderavonden en voor de
feestavond van de Plattelandsvrouwen.
Ook las ze in de middagpauze mij vaak haar gedichtjes
voor, die me erg aanspraken omdat ze zo eenvoudig waren en waar.
En ze zei: „Laoter verbraan ik toch alles”, wat
natuurlijk op heftige weerstand van mij stuitte. Of ze dat toch heeft gedaan?
Een feit is, dat na haar overlijden in 1962 haar cahiers met gedichtjes en
verhaaltjes niet zijn gevonden.
Gelukkig hadden in al die jaren in Maandblad Drente,
„Oeze Volk”, Leeksterkrant verschillende gedichtjes gestaan, zodat deze nu
allemaal, dankzij meester van der Velde die ze verzameld heeft, gebundeld en
uitgegeven kunnen worden. Ook ging juffrouw Clewits – de laatste jaren was ze
aan de school in Roden verbonden – zo nu en dan “uitspreken” , zoals
ze spottend kon zeggen. Voor veel groepen van Plattelandsvrouwen en
Plattelandsmeisjes heeft ze haar gedichtjes
voorgedragen en ze vertelde dan tevens over Drentse gebruiken en
toestanden, kortom over het Drentse eigene, alles op haar eenvoudige wijze,
maar toch zo diep gevoeld. Ze is overleden in januari 1962.
ik weet zeker dat veel ouderen in onze gemeente aan
juffrouw Clewits een prettige en dankbare herinnering bewaren.
D. BAVING