Dick Blancke 'Mensen moeten meer actief worden'

SCHRIEVERIJ

Het was op 18 februari 1953 dat de Drentse
Schrieverskring werd opgericht vanuit de filosofie dat er weinig belangstelling
was voor de streektaal en dat de interesse daarvoor aangewakkerd moest worden.
Uit correspondentie uit de beginperiode blijkt het saldo van de club f43,10 is
‘en over de financiële positie van de kring zullen we ons moeten beraden; er
werden de laatste tijd namelijk géén bijdragen voor de kas ontvangen’.Anno 1990
bestaat de Drentse Schrieverskring nog steeds en Dick Blancke maakt als
secretaris deel uit van het bestuur. Redacteurverslaggever bij Radio Drenthe,
medewerker van het Maandblad Drenthe, columnist bij deze krant, schrijver van gedichten
en verhalen, in 1986 kwam zijn kinderboek Samen kunj een hieleboel uit en hij
is ook nogal eens ‘gangs’ met het organiseren van evenementen waarbij de
streektaalliteratoren samen komen. Op 20 januari aanstaande wordt in Het
Kasteel in Coevordep de traditionele Nieuwjaarsbijeenkomst gehouden. de Drentse
Schrieverskring is volgens Dick Blancke’s omschrijvingen een instituutje dat
onderdak biedt aan vogels van diverse pluimage die als binding de betrokkenheid
bij de Schrieverij hebben. De leden van de kring zijn uit verschillende
invalshoeken op verschillende manieren met taal bezig en dat hoeft niet uit te
sluiten dat je samenwerkt. We zijn het er in het bestuur over eens dat we van
een puur gezelligheidsclub meer de doe-kant op moeten. Er worden, meer dan
vroeger aktiviteiten ontplooid die stimulerend kunnen zijn voor het schrijven.
We hebben kortgeleden een poëziegroep gehad en dat was een succes. Vooral omdat
je dan gedwongen wordt te produceren. Er zijn mensen die die steun nodig
hebben. Als het niet•gaat om je dagelijks brood is een duwtje in de rug nooit
weg. Zelfdicipline kun je aanleren. Op de poëzieavonden onstonden er
discussies, werden gedichten geanalyseerd en bekritiseerd. Daar steek je wat
van op en we denken nu in de richting van een werkweekend poëzie en proza en
daarmee heb je het dan ook over een stuk scholing”. Blancke stelt dat hij
die scholing bepaald ziet zitten. “Ik kan wel een verhaal schrijven, maar
er zit geen theorie achter en dat geldt voor meer van onze leden. Je hebt een
praktische ondergrond nodig om de boel op te krikken. Mensen moeten meer actief
worden, maar het is niet eenvoudig om daar een evenwicht in te vinden. 50 leden
en dus 5() meningen. Wat ik graag zou zien is een soort voetbalsituatie. Een
keer in de week trainen. Het bezig zijn met bijvoorbeeld een bepaalde versvorm
en dan net zo lang oefenen tot je de techniek onder de knie hebt. Daarmee kweek
je een solide basis waaruit je kunt putten. Sommige mensen hebben het idee dat
de Drentse Schrieverskring conserverend bezig is, maar we staan de ontwikkeling
van de streektaal zeer voor. In z’n algemeenheid is het zo dat talen aan de ene
kant verliezen, aan de andere kant winnen. Dat is ook aan de orde met het
Drents en op het moment datje dat onderkent gaje met je tijd mee. Die kant
moeten we op. Het gezelligheidsaspect willen we echter wel behouden en zo’n
Nieuwjaarsbijeenkomst is een manier om elkaar buiten het vak om, te leren
kennen”. Dick Blancke is optimistisch wat betreft het behoud van de
streektaal. “Er is al een beetje een renaissance en die zal zich in de
negentiger jaren voortzetten. Ook in de Drentse SchrieverskringP.