Drentse schrijver en dichter Roel Reijntjes 'Ik ben een nar' Oostermoer 26-02-'87

Drentse schrijver en dichter Roel Reijntjes ‘Ik ben een nar’ Oostermoer 26-02-’87

Drentse schrijver en dichter Roel Reijntjes:
‘Ik ben een nar’

ZUIDLAREN – Voor de Beiler schrijver en dichter Roel Reijntjes is 1987 een bijzonder jaar. Het is namelijk dertig jaar geleden dat hij voor het eerst op de planken stond met voordrachten en conferances. Nog steeds heeft de Drent er niet genoeg van en steeds weer gaat hij opnieuw in op uitnodigingen om op te treden. De laatste tijd doet Roel Reijntjes dat veel samen met Marga Kool en het duo Karst. Ook donderdag 26 februari staat deze combinatie weer op de bune. In de schouwburgzaal De Kimme op het terrein van Dennenoord in Zuidlaren wordt een Drentse avond verzorgd voor de Culturele Vereniging Zuidlaren. Verslaggever Fred Lubbers zocht Roel Reijntjes in zijn woonplaats Beilen op en sprak hem over zijn kijk op het toneel en de Drentse cultuur.

Eenmaal bij Reijntjes in de gezellige bijkeuken is de Drentse dichter haast niet te stoppen in zijn woordenstroom. Soms enthousiast, maar soms ook met grote diepgang en erg serieus vertelt hij over zijn eigen leven en het leven dat hij leidt op het toneel. Het toneel waarvan hij niet meer los te denken is, ondanks zijn zeven -bundels gedichten en voordrachten in het Drents dialect.
“Zelf vind ik toneel weinig interessant, maar de Drentse avonden zoals wij die doen, geven me toch wel een goed gevoel. Je ziet blijde gezichten en dat is mooi om daaraan te mogen meewerken”, laat Reijntjes weten.
Hij wijst erop dat de mensen die een optreden van Marga Kool, het duo Karst en hemzelf gaan bezoeken, niet moeten denken te maken te krijgen met de lol en vrolijkheid zoals die opde Drentse Avonden van ‘Drenthe Plat’ te zien en te horen zijn. “Dat is meer Max Tailleur humor. Ik wil het niet naar beneden drukken en vind het ook niet minderwaardig, want het gaat er per slot van rekening om het publiek aan het lachen te krijgen. En dat lukt die mensen ook. Maar ons programma brengt meer cultuur.’ ‘ In de voorstellingen waar Reijntjes bij betrokken is,t doet Marga Kool de presentatie, het duo Karst de muzikaIe begeleiding en zelf draagt Reijntjes voor.
“Je moet me zien al een soort commentator. Ik ben de nar, maar dan wel een wijze nar. Ik gebruik weleeris accenten die in het dagelijkse leven niet zo worden gebezigd. Maar het cabaret is verscherpend en dan kun je het wel gebruiken.’

Actueel
Volgens Reijntjes is zijn grote kracht het ingaan op de actualiteit.
“Dat inspireert mij. Ik ben zeer actueel bezig en als ik de actualiteit aanpak, kraait het publiek van verrassing. Ik speel zelf ook veel in op het publiek. Improvisatie is voor
die in het gesprek diverse malen korte gedichten uit het blote hoofd voordraagt.
“Ik ben natuurlijk niet altijd leuk, maar je moet het vergelijken met de prestatie van een sportman. Op een enkele maal komen ze tot hele grote prestaties en dat heb ik ook.’ ‘ In 1957 is Reijntjes met het doen van optredens begonnen en nu, dertig jaar later, staat hij nog steeds op de planken:
“Wat ik doe kunnen niet zoveel mensen. Henk Platje uit Paterswolde (technicus bij één van de omroepen in Hilversum sf.l.) zegt weleens ‘jij bent een verschijning’. Ik doe alles oprecht. En daarom bieden de avonden samen met Marga en het duo Karst warme, cultuur en het thuisvoelen. ” Jaarlijks treedt het drietal volgens Reijntjes gemiddeld zo’n twaalf maal op. “Ach, de avonden zijn vaak wel hetzelfde, maar ons voordeel -is dat we kunnen putten uit een breed repertoire. Je moet ons optreden zien als iets wat vergelijkbaar is met Herman Finkers. Decors doen er bij ons niet veel toe, het is belangrijker iets goeds te brengen. Het is met decors trouwens ook zo’n gesleep. ” Over zijn eigen rol in de optredens: “Met mijn 63 jaar ben ik zelfs nog een kind als het gaat om ondeugendheid. Maar dan nette ondeugendheid en die is erg schaars”, laat Reijntjes weten.
“Je zult mij ook geen sexgrappen horen vertellen, want je mag op het toneel je gezicht ook niet verliezen. Trouwens, toneel hoeft ook niet alleen over afwijkende dingen te gaan. ” Het publiek dat de voorstellingen van Reijntjes, Kool en Karst bezoekt bestaat volgens de Beiler dichter en schrijver voor meer dan de helft uit de autochtone Drenten, maar toch ook wel import.
“En dat is verbluffend, want om je bij onze voorstellingen thuis te voelen, moet je toch wel iets van de streek weten. Maar er is een duidelijk grote belangstelling van de nietDrenten voor de Drentse cultuur.
Het Drents heeft zich ook getransformeerd van een boerentaal tot een kunsttaal.’ ‘

De Drentse avond in De Kimme begint donderdag 26 februari om 19.30 uur. Kaarten voor de voorstelling zijn verkrijgbaar bij Foto van Zwieten aan de Middenstraat en het programma wordt gevuld door Roel Reijntjes, Marga Kool en het duo Karst.

Internationale
Volgens Reijntjes zijn de socialisten nooit erg scheutig geweest met het erkennen van het Drentse dialect. “Die lui zingen toch altijd nog tussen de tanden door de Internationale. Ze hebben de culturele aanraking • met het volk verloren. Dat was voor de Tweede Wereldoorlog wel even anders. “De cultuur is volgens Reijntjes voortdurend in beweging. “We merken nu ook een teruggang van die cultuur naar de eigenheid en daarom is er nu veel animo voor de Drentse cultuur. Ik zeg het altijd zo: De avand-garde, de trendzetters, verwijderen zich onmiddellijk van het volk, zodra het volk hen nadert. Zelf beleef ik veel plezier aan de avonden en door mijn vele reizen, doe ik altijd weer nieuwe inspiratie op.”