In het Drents bidt Bartje niet veur broene bonnen Trouw 22-05-1984

In het Drents bidt Bartje niet veur broene bonnen Trouw 22-05-1984

In het Drents bidt Bartje niet veur broene bonnen

door Riet Diemer
ASSEN — „Een kleine jong is in de wiede wêreld op zuuk naor het geluk. Hij fluit een liedtie boven de weemoed in zien hart.” De laatste regels van het boek Bartje op zijn Drents.
Wie mocht menen dat deze streekroman oorspronkel(jk al in het Drents was geschreven, moet er het boek, zoals Anne de Vries het op papier zette, maar op na slaan. De slotpassage luidt: „Een kleine jongen is in de wijde wereld op zoek naar het geluk. Hij fluit een lieQje boven de weemoed in zijn hart.”
Nog meer vergelijkingsmateriaal biedt de legendarische bruine bonen-passage. In de originele tekst staat: „Ik bid niet veur brune bonen”. In het Drents overgezet is het: „Ik bid niet veur broene bonnen”.
Onder het toeziend oog van het in steen vereeuwigde Bartje in het hart van Assen krijgt burgemeester mr. J. W. Masman vandaag het eerste exemplaar van Bartje in de Drentse vertaling in handen. Mevrouw Jantje Weurding, in het begin van de jaren zeventig televisie-moeder van de jonge held, zal de burgervader het boek aanbieden in aanwezigheid van medewerkers van de NCRV-serie.

Geboortedag
Het zou vandaag de tachtigste geboortedag van De Vries zijn geweest. Op 28 november 1964 overleed hij op zestigjarige leeftijd.
Gerriet Kuipers vertaalde Bartje in het dialect van MiddenDrenthe, de taal van de streek waar hü en Anne de Vries z(jn opgegroeid. Kuipers komt uit Westerbork en de schrijver uit Kloosterveen bij Assen.
„Het is typisch dat mensen nu gaan vragen: is Bartje al niet in het Drents geschreven? Maar Anne de Vries gebruikte voor de dialogen een soort dialect dat geen oorsponkelijk Drents is. Het is een verbastering tussen Nederlands en dialect dat rond Assen wordt gesproken”, zegt Kuipers. Zijn woorden zijn allerminst als kritiek op de schrijver bedoeld, want het is hem bekend dat het ‘ien van Anne’s belangriekste en nog oait unvervulde weinsen’ was dat het boek in het Drents te lezen zou z(jn. Zo formuleren de erven van Anne De Vries het ook in hun verzoek aan Kuipers om Bartje in het Drents over te zetten. Ze beginnen hun schrijven met: „Beste vrund Gerriet. An je now de eer um Bartje um te zetten in de toal die Anne de Vries zOlf het allerliefste was en het mooist vun van allemaol. De toal van zien Va en Moe: het Drents!”
Gerriet Kuipers heeft er ruim tweeëneenhalve maand aan gewerkt. Er zitten 250 arbeidsuren in. De vertaling leverde weinig problemen op, want: „Ik kende de hele sfeer uit Bartje. Ik heb die zelf in de twintiger en dertiger jaren meegemaakt. Werkloze arbeiders moesten briefjes stempelen en van tien tot twaalf gulden per week zien rond te komen. Werkelozen uit de steden, die nooit een schop in handen hadden gehad, kwamen de heidevelden ten oosten van Westerbork ontginnen om er landbouwgronden van te maken. Ze woonden in barakken, waar nu mooie boerderijen staan.”

Pijp
Hij heeft Anne de Vries goed gekend, onder meer als lid van de Drentse Schrieverskring. „Hij kon aan zijn pijp trekken en iemand vaderlijk toespreken met: ‘Och, m’n jong dat zou ‘k nou maar zo doen’. Er werd naar hem geluisterd. Hij was een figuur die eruit sprong. Hij behoorde niet tot de schrijvers uit de Schrieverskring die puur dialect schreven. De Vries schreef meer Nederlands. Dialect was voor hem een bijzaak. Drenthe is trots op hem en ik dacht wel met enig recht. Hij was misschien niet zo’n groot literator, maar wel een uitstekend verteller.’
Eigenlijk is het een wonderlijke gang van zaken dat een wereld beroemd boek, dat in vijfentwintig talen gelezen kan worden, nu pas in het dialect van de streek waar het speelt, uitkomt. Kok in Kampen geeft het uit in een bescheiden oplage van 2 500 exemplaren. Een dialect heeft nu eenmaal een klein afzetgebied. Prijs per boek is 29,50 gulden.
Mocht het Drentse Bartje een succes worden, dan is het de bedoeling dat Kuipers ook ‘Bartje zoekt het geluk’ en ‘Hilde’ in het midden-Drents overzet. Eerder deed hij dat al met de Kleuterbijbel van De Vries. De uitgever heeft hoge verwachtingen van de boeken en bundels, die de laatste jaren in het Drents verschijnen. Er is een grote bloei in dit taalgebied.

Stimulans
Bij de meeste geboren en getogen Drentenaren in huis staan wel vier tot vijf boeken in Drents dialect. Een belangrijke stimulans gaat uit van de Stichting het Drentse boek en de Drentse Schrieverskring. Gerriet Kuipers was tot hij vorig jaar aftrad, 22 jaar voorzitter van de Schrieverskring. Deze telt 35 actieve leden.
Verdere belangstelling voor het Drents blijkt uit de 4400 abonnees van het blad Oeze volk, waarvan Kuipers in 1956 een van de oprichters was en waar hij nog altijd bij betrokken is.
Drentse ‘schrievers’ geven veel cursussen op lagere en middelbare scholen en scholieren komen uit andere delen van het land naar werkweken in deze provincie die over Drenthe en het Drentse dialect gaan.
Verleden jaar heeft de Werkgroep het Drents genootschap een spellingsboekje Drents dialect uitgegeven, zodat er eenheid in schrijftaal is gekomen.
Dr. Geert Kocks werkt al elf jaar aan een Drents woordenboek en het zal nog wel vijf tot zes jaar duren voor het boek en een bijbehorend vertaalatlas verschijnen. Overal in de provincie zijn daarvoor praatgroepen bezig om de verschillende dialecten op papier te zetten.
Tegelijk vertaalt een andere werkgroep psalmen en gezangen in het Drents. Aan het eind van het jaar moet een bundel met de meest gebruikelijke liederen gereed zijn voor kerkdiensten die in het Drents worden gehouden.

Volksaard
Hoe het komt dat er in het land meer aandacht wordt besteed aan de Friese taal en cultuur dan aan het Drents verklaart de heer Kuipers met het feit dat de Friezen langer bezig zijn. Het heeft ook te maken met de Drentse volksaard. Drentenaren zijn enigszins terughoudend ten opzichte van vreemdelingen. Dat zou ver terug te voeren zijn tot de tijd van ‘Bommen-Berend’, de bisschop van Munster, wiens soldaten roofden en plunderden.
Toch heeft het Drents in verstaanbaarheid een voorsprong op het Fries, want het ligt dichter bij de Nederlandse klanken en het is makkelijker voor buitenstaanders te lezen. Daarom kan Gerriet Kuipers vandaag zijn lezing bij de onthulling van Bartje in zijn moedertaal met een gerust hart beginnen met: „Um vief uur lop de wekker of. Hij rammelt en rinkelt met een driftig stemmegie op de stoel veur de grote beddestee” want alle aanwezigen, Drentenaren of niet, kunnen dat goed volgen.