Meent van der Sluis tekent leven veenarbeiders
EMMER-ERFSCHEIDENVEEN
Hij is er geboren. Hij kent het veen op z’n duimpje. Hij weet de weg in dat vlakke land. Hij kent ook de bewoners van dat land, de veenarbeiders. De namen zijn hem vertrouwd. Als eerbetoon aan het harde leven van toen heeft de Asser sociaal
geograaf Meent van der Sluis dat leven voor eeuwig willen vastleggen.
Door Cees Stolk
Hij, de opposant, de luis in de pels van de NAM, tekende dit keer geen grafieken over aardbevingen als gevolg van gaswinning, maar schilderde heel eenvoudig, heel kinderlijk soms de arbeiders die zich in het zweet werken voor een paar centen.
De turfsteker in de put, de vulsters, de loegster, de werklozen op de fiets of zich verzamelend voor de DUW-bus die hen naar de Slikken vervoerde. Het lijken net kindertekeningen, maar dat maakt hun waarde er niet minder om.
Meent van der Sluis heeft op zijn eigen manier zijn verleden van zich afgeschud. Een verleden dat prof. Ger Harmsen, oud-hoogleraar filosofie en sociale geschiedenis, bij de presentatie dinsdag omschreefals een ‘voortdurende strijd tegen armoede’. „Van oudsher was er in het veen een verzetstraditie. Een strijd voor meer loon, maar ook een geestelijke strijd.
Apathie
„Armoede leidt niet automatisch tot verzet, maar leidt tot apathie;berusting. Dat is de boodschap geweest van al die socialisten, al die anarchisten, al die evangelisten in het veen. De mens leeft niet alleen bij brood alleen. Dat besefleefde hier heel sterk,’ ‘ zei een geïnspireerde Ger Harmsen, die als propagandist zelf de veenstreek in 1948 bezocht. Hij hield destijds een rede van een uur, maar het samengestroomde volk eiste meer. Nog een halfuur „want hier moeten we eenjaar op teren. Sprekers komen hier anders nooit,’ ‘ stelde het morrende veenarbeidersvolk. Harmsen, zo verhaalde hij, zag er ook een stomme film over een hond, die een baby in de kinderwagen tegen een adelaar verdedigde. De film brak verschillende keren af, maar geen mens verliet voortijdig de zaal. Integendeel, de verplichte pauzes verkortte het volk met het zingen van strijdliederen. Harmsen genoot toen. En nu, 45 jaar later, genoot Harmsen opnieuw bij de kennismaking met de oude strijders van weleer.
Trots
Meent van der Sluis heeft met het boekje Veenarbeiders van Emmer Erfscheidenveen 1948-1954 dat niemandsland de trots weer teruggegeven. Hij deed zijn arbeid niet alleen. De Drentse dichteres Miny Hofsteenge uit Emmen lardeer-
de het boekje met haar impressies. In een paar woorden raakt zij de kern van het leven:
hoesjes staot klein en benepen
te schoeien veur weer en veur wind
op de kleinen past ‘t oldste kind
en in de voort vaart de schepen
Het boekje is in eigen beheer uitgegeven in een beperkte oplage van honderd stuks en kost tien gulden.