Nieuwe gedichten vóór Jan en tegen de pseudo-antiek N.v.h.N. 06-08-'94

Nieuwe gedichten vóór Jan en tegen de pseudo-antiek N.v.h.N. 06-08-’94

Nieuwe gedichten vóór Jan en tegen pseudo-antiek

Van onze kunstmedewerker Bram Hulzebos

Die tweetaligheid wordt hem regelmatig voor de voeten geworpen. Nijenhuis zou niet kunnen kiezen tussen beide talen. “Deze bundel is niet in het Drents, nee. Er staan veel liefdesgedichten in voor Jan en met hem spreek ik nu eenmaal Nederlands,” zegt Nijenhuis. Nijenhuis heeft sinds 1978 een tiental Drents- en Nederlandstalige dichtbundels gepubliceerd. Zelf zegt hij dat hij beide talen aanwendt om verschillende sferen uit te kunnen drukken.
Bij mij thuis, in Gieten, werd vroeger Nederlands gesproken. In het dorp, op straat en op school, sprak iedereen Drents. In het Drents kan ik die wereld, de wereld van vroeger, beter beschrijven. Ik wil geen definitieve keuze tussen beide talen maken. Dat heeft ook wel z’n nadelen, want al je boeken in de boekhandel staan bij het Drents.”
Volgens Nijenhuis is Drents een taal die zich bij voorkeur van het understatement bedient. In het Drents kan hij ‘langs de dingen heen’ schrijven. “Drenten zeggen bij een begrafenis dat ze iemand hebben ‘henbracht’, omdat ze het te verschrikkelijk vinden om te zeggen dat ze de dode onder de grond hebben gestopt. Ze zeggen dat iemand het ‘toe heft daon’ als iemand dood is. Die voorzichtigheid trekt mij aan. Als ik in het Nederlands schrijf, moet ik uitkijken dat ik niet teveel schrijf.”
Doordat hij in het Nederlands af en toe inderdaad teveel zegt, wil Nijenhuis nog wel eens mooie zinnen bijna om zeep helpen, zoals bijvoorbeeld gebeurt in de ontnuchterende pointe van het verder fraaie gedicht Ovaal. Maar gelukkig ontberen de mccste van de veertig gedichten dergelijke uitglijers.
In Het omslaan van de tijd is een selectie opgeno Bij de Amsterdamse uitgeverij De Beuk verscheen onlangs ‘Het omslaan van de tijd’, de nieuwe dichtbundel van de Bronneger dichter/schrijver Gerard Nijenhuis. Een bundel met veel liefdesgedichten, ditmaal niet in het Drents maar in het Nederlands.
men uit wat Nijenhuis sinds het verschijnen van zijn vorige Drentse bundel Tekens van gemis heeft geschreven. De hoofdmoot wordt gevormd door liefdesgedichten, ook is een aantal verzen gewijd aan de ouders van Nijenhuis en aan zijn kinderen. De meeste gedichten zijn doortrokken van melancholie, van heimwee ook.
“Een van de mooiste Drentse woorden vind ik ‘wèens’,” zegt Nijenhuis. “Dat betekent heimwee. Het houdt me bezig dat alles voorbij gaat, dat je dood gaat, dat het landschap achteruit gaat ook. De rare luiken aan de Drentse burgermanswoningen, dat pseudoantiek, vind ik vreselijk. Dat gevoel spreekt ook uit mijn gedichten. Ik heb behoefte om al schrijvend de geluksmomenten vast te leggen en de Pijnlijke momenten te verwerken. Al schrijvend bereid ik me zelfs voor op pijnlijke momenten. In het weekend voordat mijn moeder stierf, ik vond het wel genant, ze was toen al heel oud en ziek, schreef ik een gedicht over haar overlijden. Die maandag overleed ze.”
Nijenhuis is nu 62 jaar. Over een paar jaar moet hij stoppen met zijn werk als bedrijfsmaatschappelijk werker bij de Belastingdienst. Hij wil, eenmaal gepensioneerd, proberen om weer proza te schrijven, want tot nu toe is het bij twee romans, gebleven. Gedicllten zal hij zeker pok blijve gehrijven, zegt hij. “Misschien begin ik dan ook wel aan mijn memoires,” voegt hij er nauwelijks schertsend aan toe.