Novelle 'Wanda' Van Gerard Stout houdt je bezig D.G.D. 01-06-1995

Novelle ‘Wanda’ Van Gerard Stout houdt je bezig D.G.D. 01-06-1995

Novelle’Wanda’ van Gerard Stout houdt je bezig

ISBNoord

Bij Gerard Stout loop je onderhand het risico dat je er misschien teveel achter gaat zoeken. Niets mag immers toevallig zijn. In zijn vorige boeken bewees hij rode draden steeds weer op te pakken en af te spinnen. Zo ook in zijn nieuwste boek Wanda?
Door Ton Kolkman

spoor bijvoorbeeld. Stout heeft het te nadrukkelijk over het spoor. Dat moet toch haast iets betekenen. Moet dat het rechte pad zijn, het goede spoor? Ergens schrijft de ikpersoon dat hij meestal niet de hoofdweg volgt, maar een pad kiest, dat eerst gelijk opgaat met het spoor en dan afbuigt naar een parkje. En we weten allemaal dat er in een parkje wel eens dingen gebeuren waar de maatschappij niet gelukkig mee is. Is dat mede een verklaring voor zijn karakter, zijn verleden? Want met name de vier jaren voorafgaande aan het verhaal komen telkens terug. Veel toespelingen zijn er te vinden opDGP elementen van gevangenis.
Het verhaal lijkt niet in Drenthe te spelen. Hoewel, een naam als Hotel Boelens is toch heel goed in Drenthe te plaatsen. Maar waar dan wel? In een soort Visvliet misschien? Of moeten we Buitenpost wat letterlijk opvatten? Of heeft Gerard Stout toch meer aan het Meppelse gedacht? Het dorp ‘Noordvelde’ waar de – naamloze – hoofdpersoon zich heeft gevestigd, ligt aan het spoor naar zowel Groningen als Leeuwarden. Plaatsen die toch mede bekend zijn om hun behoorlijk zware gevangenissen. Langzaam wordt naar het einde toe duidelijk dat de ik-figuur vier jaar in de gevangenis heeft gezeten. Voor de moord op ‘Magda’? Op Wanda misschien? Of zijn dat maar symbolen? Was Magda zijn vrouw, zoals de uitgever suggereert?

Grijstinten
De ik-figuur is stevig met zichzelf in gevecht. Bladzijde 33: ‘Ik zie mezôlf aandermaol as een wilde met het mes in de aanslag over de keukenvloer kroepen, as een infanteriesoldaot die de vijand in humzôlf de baos prebeert te blieven. ‘ Hij is op zoek naar grijstinten tussen wit en zwart om zijn bestaan een beetje te kunnen ordenen. Hij heeft zich in Noordvelde gevestigd om een nieuwe toekomst op te bou-wen. Maar hij beschikt over een zeer vergrotende fantasie en heeft er moeite mee werkelijkheid, fantasie en droom uit elkaar te houden. Dat maakt het bestaan niet makkelijk.
Als hij op het station aankomt, wordt hij meteen geconfronteerd met een bronzen herdenkingsplaatje van een in de tweede wereldoorlog spoorman. Zo te zien moet dat plaatje ooit met rode menie beklad zijn geweest. Dat element van bekladding uit onverdraagzaamheid komt later nog eens terug als ‘het dorp’ zijn ramen heeft dichtgekalkt: in dit dôrp wet elk nog mien naam. ‘Nog’ , staat er. Heeft hij zich nou nieuw gevestigd of is er toch sprake van terugkeer naar zijn oude dorp? Of haalt de ik-persoon het zelf door elkaar? De lezer krijgt het niet cadeau!

Ongeval
De ik-fi*uur komt te wonen. naast ‘vrouw Kornelis , de weduwe van de spoorwegman. Het blijkt dat in zijn huis de zuster van vrouw Kornelis heeft gewoond. Die zuster en haar man zijn bij een verkeersongeval om het leven gekomen, en na enige omzwervingen is het dochtertje, Elly, door de kinderloos gebleven vrouw Kornelis opgenomen. Elly is op haar negentiende uit huis gegaan – naar Assen -en heeft haar jeugd afgeschud door haar naam te veranderen in Magda. Nu woont ze in Groningen. Soms zoekt ze vrouw Kornélis, haar tante en stiefmoeder, nog wel eens op, maar zoent deze nooit. Dat element is literair belangrijk. Op haar wordt vervolgens het verhaal toegespitst en daarbij wordt het de lezer niet bepaald gemakkelijk gemaakt. Ergens op het eind noemt hij vrouw Kornelis zelfs ‘mien schoonmoe’. Ga er maar aan staan, lezer!
De ik-figuur zit zelf verstrikt in een gedachtenweb en de lezer met hem. Hele fantabeleeft hij met Magda, maar deze blijft onbereikbaar voor hem. Net zoals -let op de klank!- Wanda, symbool voor (een?) hoer(en?) die hij -in werkelijkheid of in fantasiewel eens bezoekt. Over ‘uitweg’ gesproken. Wanda is zo’n typische 06-naam. En van hoeren is bekend dat zij nooit kussen. Hoeren blijven per definitie onbereikbaar. Zo is de scheiding tussen Magda en Wanda een overvloeiende dia van dezelfde persoon.

Vragen
Over dit boek zou een nog veel dikker boek te schrijven zijn. Daar heb ik natuurlijk hier de ruimte (en de tijd ! ) niet voor. Het roept namelijk een hoop vragen op. Welke rol speelt de plattegrond van het dorp, om maar wat te noemen. Schuilt de reden van de gevangenisstraf in bladzijde 43-44, bijvoorbeeld? Daarop zijn na enig worstelen met de materie misschien best antwoorden te formuleren. Makkelijk gaat dat weliswaar niet, maar zo houdt het boek je tenminste bezig. Een kenmerk van Literatuur.
‘Wanda’ (proza, ‘Drents); auteur: Gerard Stout; uitg. St. Het Drentse Boek; Zuidwolde, 1995; ISBN 90.6509.127.0.