Op Stee In beeld D.v.h.N. 27-02-2015

Op Stee In beeld D.v.h.N. 27-02-2015

Op stee

Het Huus van de Taol en Bureau Groninger Taal en Cultuur presenteren vandaag het boekje Op Stee, met allerlei wetenswardigheden over plaatsnamen in Groningen en Drenthe. Lees alle sover Knoal, Troapel, ’t Ogeveine, Möppels en nog veel meer.

Michel Brandsma, Janneke van de Heide.

Roodeschool – naar de rode dakpannen van oude dorpsschool
Warffum – plaats waar recht werd gesproken
Farmsum – komt van Fretmarashem, naar de persoonsnaam Fretmar
Sint-Annen – voormalig klooster
Zoutkamp – zoutwinning op een omheind stuk land.
Roden (Roon) – komt waarschijnlijk van rode, dat rooiing of ontginning betekent.
Pekela – Pekel A = de zoute A.
Stadskanaal – kanaal aangelegd i.o.v. de stad Groningen
Dwingeloo – open plek in het bos
Ruinen – smal dalletje
Pesse – moeras (peth)
Barnflair – brandend veen (bern = brand, fleer = laagveen)
Emmen – effen, vlak
Coevorden – plaats waar boeren hun koeien door de rivier leidden.

Vernoemd naar…
Landschap en bodem: beek, bos, veld, veen, zand, wirde
Bebouwing: brug, burg, dam, molen, kerk, klooster, huizen, hoeve
Persoonsnamen: Alting, Balinge, Mantinge, Weerdinge
Heiligen: Sint -Annen

Achtervoegsels
Boer: buur, grenzend aan
Broek: moesassig land
Buren: groep huizen
Compascuum: gemeenschappelijke weide
Darp: dorp
Horn, hoorn: hoek, stuk gond
Hove: hoeve
Kamp: open veld
Laren: bosachtig, drassig terrein
Lo, loo, le: bos
Lutje: klein
Mark: grens
Made, meeden: grasland
Mond: uitmondend op
Schot, schote: beboste hoek hoger land uitspringend in moerassig terrein
Tange: zandrug, zandtong
Til: brug
Vorde, voorde: doorwaadbare plaats
Wier, wierde, wer, werd, wird: heuvel, terp
Woud, wolde: bos
Ziel, zijn: sluis

Nieuw

Het voorvoegsel nieuw stamt vaak uit de tijd van vervening, ontginning en inpoldering.

Nieuw-Amsterdam: Zo genoemd door Amsterdamse beleggers die hier het veen lieten ontginnen

Nieuw-Balinge: tijdens de ontginning in de 19-de eeuw gesticht naast het veel oudere Balinge.

Nieuw Statenzijl: nieuwe uitwateringssluis die in 1874 de functie overnam van de sluit bij Oude Statenzijl

Terpen en wierden
Plaatsen die zijn ontstaan uit terpen en wierden hebben vaak namen met het achtervoegsel -terp, -um, of -werd

Germaanse invloed
Veel plaatsnamen in het Noorden zijn afgeleid van germaanse woorden.
Aha, ama, ara water
Drentsche Aa, Pekel A.
Lauha
Open plek in een bos of een bosje op hoge zandgrond (Nu loo of le: Dwingeloo)
Lutikon
Klein (Klein-Ulsda wordt in het Gronings Lutje Ulsda)

Feodale tijd
In de nabijheid van forten en burchten verrezen vaak nederzettingen met namen die eindigen op uitgangen als bor, borgen, burg en schans

Christelijk invloed
Rond kerken en klooster ontstonden veel plaatsnamen die eindigen op klooster, munster, kerk of kapel. Plaatsnamen van heiligen komen in Groningen en Drenthe niet voor, met uitzondering van Sint-Annen.

Op Stee
Drentse en Groninger plaatsnamen verzameld
Samenstelling: Eline Brontsema, Siemon Reker, Abel Darwinkel
Prijs: 9,95 euro
ISBN: 978 90 6509 2342