Randstadgedoe die kleur van Zwarte Piet Trouw 12-11-2013

Randstadgedoe die kleur van Zwarte Piet Trouw 12-11-2013

Randstadgedoe, die kleur van Zwarte Piet

Het debat over Zwarte Piet kenmerkt zich door grote emoties. Maar lang niet overal, aldus schrijver Gerard Stout. ‘Dit is een onderwerp voor westerlingen.’

In de Randstad woedt al weken een veenbrand over de kleur van Zwarte Piet. Blussen lijkt vrijwel onmogelijk. Als er een compromis is gevonden, duiken de vlammen elders weer op. Tot de intocht van de goedheiligman smeult het heilige vuur van verontwaardiging en vooral van het eigen gelijk. In Noord-Nederland lijkt er niets aan de hand. Sinterklaas en Zwarte Piet bezoeken kinderen en niemand maakt zich druk over deze Randstedelijke ophef. Het Dagblad van het Noorden meldt
op 1 november dat Sinterklaas na bestuurlijke strubbelingen en te weinig actieve vrijwilligers op 22 november toch naar Zuidlaren komt. De problemen zijn “onder de koffie” opgelost.
Geen woord over de kleur van de Zwarte Pieten. In de regionale pers wordt nauwelijks melding gemaakt van discussies over kleur, slavernij, of racisme. En waarom ook? Misschien past de hyperigheid minder goed bij de volksaard. Ik illustreer de volksaard met een dagelijkse belevenis.
Ik fietste een paar dagen geleden door de Noord-Drentse dreven. Onderweg kwam ik in gesprek met een echtpaar op leeftijd. Ik maakte met mijn camera op een statief een korte film van de natuur in herfstkleuren. “Of maak ie een foto?” vroeg de seni-
or. “Wat is het mooiste stuk van uw fietstocht?” stelde ik in mijn streektaal een tegenvraag. De man wendde zich tot zijn vrouw. “Harmtien? Wat vindt wij het mooiste stuk?” Met mijn vervolgvraag vroeg ik hem de Drent te karakteriseren. Met licht opflakkerende ogen en enige meewarigheid zei hij: “Oh, ie mient die vrouw uut Assen.” Hij bedoelde schrijfster Yvonne Kroonenberg die, zo meldde zij in een interview, in Assen opmerkelijke observaties had gedaan over leeghoofdige Drenten.
“Die mut ze opnemen in Zuudlaren.” Zuidlaren is Drents voor de psychiatrische kliniek aldaar.

Alles was gezegd
“De westerlingen mut ze de provincie uutgooien. As we dat niet doet, neemt ze de boel over. Dat wult we niet. Harmtien?” Het gesprek was afgelopen. Meer woorden waren niet nodig. Alles was gezegd.
De discussie over Zwarte Piet is een onderwerp voor westelingen. In het Noorden met naar verhouding weinig gekleurde Nederlanders wordt de bruine bonensoep niet zo heet gegeten. De voortdurende reeks minachtende opmerkingen van Randstedelingen over bewoners van de met krantenpapier dichtgeplakte negorij raakt de Noorderlingen nauwelijks. En als er gevoelige snaren worden geraakt is humor een veelgebruikte manier om emoties in rustiger vaarwater te krijgen. De westerlingen weten niet wat ze missen aan rust, ruimte, regelmaat en respect. En dat laten we graag zo. Het gebrek aan ophef betekent niet dat de Noord-Nederlanders zich niet betrokken voelen bij gekleurde me de mensen. In Oranje — what’s in a name — wonen inmiddels meer gekleurde medemensen dan het dorp inwoners telt. Van hysterische ophef is geen sprake. Wie z’n kop — lokale benaming voor hoofd — niet te ver boven het maaiveld uitsteekt is welkom en krijgt een vriendelijke bejegening.
We, als ik mag algemeniseren, hebben een weerzin tegen aanstellers.
Over het Westen spreken mensen hier zonder stemverheffing. Het Westen: daar kwamen de wijzen niet vandaan.Wuj nog koffie? De laatse zin is om aan te geven dat het onderwerp is afgerond. Niet interessant genoeg om verder over te spreken.

Naobers
Nederlanders in de (ruime) grensstreek van Roodeschool in Groningen tot het witte stadje Thorn in Limburg voelen zich meer verwant met de naobers aan de andere kant van de grens. De mentaliteit van de platpraters past beter bij de Duitsers uit Ne-
dersaksen dan het Hooghaarlemmerdijks uit de Randstad. Van enige afstand gezien zijn Randstedelingen buitenlanders. En wat een buitenlander van Zwarte Piet
vindt. Ach.
Drenten en ook Groningers houden niet van aangescherpte tegenstellingen. Niet dat ze het telkens eens zijn, er is wel eens een strovuurtje, maar conflicten worden in minzaam overleg door de tijd opgelost. Wie zich te veel profileert wordt opzij gezet.
“Stel oe an”, klinkt het dan. Sinterklaas is welkom, net als Zwarte Piet, in welke kleur dan ook. Randstedelingen zijn ook van harte welkom. Een tip voor de ‘buitenlanders’
uit het Westen: Gedraag je, doe niet alsof je alles beter weet. Laat niet zien dat je de wijsheid in pacht heb (dat heb je ongetwijfeld, dat weten we wel). We, Drenten en Groningers, maken geen onderscheid naar kleur. Wie zoet is krijgt ook hier lekkers en wie stout is en zich aanstelt krijgt de roe of verdwijnt in de zak, niet naar
Spanje, maar terug naar het Westen.