Rieks Siebering schrijft boeiend epos over introverte vijftiger Meesterwerkje uit de regio D.G.P. 04-10-'97
Rieks Siebering schrijft boeiend epos over introverte vijftiger Meesterwerkje uit de regio D.G.P. 04-10-’97
Rieks Siebering schrijft boeiend epos over introverte vijftiger
Meestemerkje uit de regio
Het gebeurt maar zelden dat er in het Nedersaksisch streektaalgebied een literair meesterwerkje wordt gepubliceerd. Het aantal dichtbundels, novelles en romans dat dit predikaat zou mogen dragen is, ondanks een traditie van pakweg vijftig jaar van streektaal-schrijverij, nog maar zeer gering. Het is dan ook een bijzonder aangename verrassing als er ‘zomaar opeens’ een boek verschijnt dat, ook wanneer het gemeten wordt aan de maatstaven die er in ons land aan Nederlandstalige literatuur worden gesteld, op kwalitatief gebied kan wedijveren met uitgaven van het hoogste niveau. at is het geval met de novelle Asof het zummer is van dichter-schrijver Rieks Siebering uit Hollandscheveld. Het boek laat zich lezen als een filmisch samenspel van woorden, beelden, gevoelens en doorleefde psychologische inzichten.
Door Ab Drijver
De hoofdpersoon is de ietwat tobberig ingestelde vijftiger Jacobus Adriaan Schultink. In zijn beroep, als advocaat, is ‘Job’ een succesvol mens. Hij is goed van de tongriem gesneden en weet feitelijkheden en psychologische dwalingen feilloos van elkaar te scheiden. In zijn privé-bestaan daarentegen is er sprake van een geestelijke puinhoop waaraan hij van tijd tot tijd bijna letterlijk ten onder dreigt te gaan. De reden voor die labiele gemoedstoestand ligt voor een belangrijk deel verborgen in Jobs
jeugd. Zijn moeder heeft hem opgezadeld met een ijzeren plichtsbesef. Jobs innerlijke vrijheid zit gevangen in een kerker vol van faalangst en van schuldgevoel.
Elk mèense is vrij, maar ik weet, dat ik niet de vrijheid van mien woorden heb. Dat is een vrijheid veur de aandern. Ik hebbe leerd dat ik allent de vrijheid heb um het in de ogen van aandern goed te doen, dat is mien opdracht.
We ontmoeten Job als hij over het strand loopt van het eiland waarop hij al jaren in de zomervakantie bivakkeert. Nu IS het er echter herfst. De zee is grijs, en een straffe najaarswind voorkomt dat het malende denkproces, dat zich afspeelt in het kloppend hoofd van Job, tot stilstand komt in een gevoel van vakantie-achtige ontspanning. Af en toe verkeert hij zelfs in een toestand van lichte psychose waarin waan en werkelijkheid elkaar op verwarrende wijze overlappen. ob is naar het eiland gekomen omdat hij er in al e eenzaamheid wil atrekenen met de diepgewortelde psychische krachten die zijn geestelijke ontplooiing in de weg staan. We leren hem
kennen als een zachtaardige, uiterst vrouwvriendelijk ingestelde man die niet in staat is om zijn meest elementaire mannelijke gevoelens op een eerlijke wijze aan vrouwen te tonen, laat staan dat hij ze, zonder dat er aan zijn kant sprake is van frustraties en remmingen, met hen zou kunnen delen. Job is een dromer die vastloopt in zijn eigen dromen.
Op erotisch-seksueel gebied kampt hij, al tijdens zijn huwelijk met Magda, met een bijna masochistisch verlangen om zijn partner op alle mogelijke manieren volledig van dienst te willen zijn. Hij ervaart alle lichamelijke toenaderingssignalen die zij naar hem uitzendt echter als psychisch-gecodeerde boodschappen die hij niet kan ontcijferen. Zijn slaafse passiviteit leidt er uiteindelijk toe dat Magda zich op een keiharde manier van hem losmaakt. Als het huwelijk op de klippen is gelopen blijft Job achter als een lamgeslagen hunkeraar. In zijn gedachten beleeft hij hartstochtelijke vrijpartijen met zelfbewuste vrouwen die de reden van zijn
onvermogen om spontaan op hun avances te reageren doorzien en die hem, zonder dat zij confronterende vragen stellen, over de drempel tillen. In de praktijk gebeurt dat echter niet. Job is een smachtende puber die tevergeefs wacht op het moment waarop zijn partner zich als een gretige tijgerin bovenop hem zal werpen om hem, met de dwingende kracht van haar gretigheid, het alibi te verschaffen op grond waarvan hij haar, zonder schuldgevoel, aan zich zou kunnen onderwerpen. De weinige vrouwen met wie hij in zijn leven een contact heeft opgebouwd dat het onstaan van schuldloze lichamelijke intimiteit zou kunnen rechtvaardigen, beschouwen hem echter steevast als een integere raadsman bij wie ze
onbekommerd kunnen uithuilen zonder dat ze hoeven te vrezen dat het mannetjesdier in het luisterend oor op bedreigende wijze wakker zal worden.
Handleiding
Siebering zet, in de figuur Job Schultink, een man van middelbare leeftijd neer, in wie verscheidene intelligent-introverte mannen op leeftijd zichzelf (op zijn minst ten dele) zullen herkennen. Voor verliefde vrouwen, die niet begrijpen waarom zij op erotisch gebied geen vat kunnen krijgen op dit soort, ogenschijnlijk vlekvrij-vrouwvriendelijke teddyberen, is het boek een trefzekere handleiding op weg naar baanbrekende relationele successen. De (op het eiland wonende) zelfstandig denkend en handelende weduwe Nienke geeft wat dat betreft het voorbeeld. Zij dwingt Job er op overtuigende wijze toe zijn remmingen te doorbreken. Het taalgebruik van Siebering is prachtig. Zijn beschijvingen van de omgeving, de natuur, van gebeurtenissen uit het verleden en van de stroom aan tegenstrijdige gedachten en gevoelens in de psycho-mentale wereld van de hoofdpersoon zijn boeiend. Ook op de momenten waarop er sprake is van gedroomde- dan wel daadwerkelijk plaatsvindende – seksuele gebeurtenissen (zoals die met Nienke), die plastisch en zeer anschouwelijk worden beschreven, weet Siebering het literaire niveau van zijn novelle te handhaven. En dat is iets wat in de Drentstalige schrijverij, op deze directe manier, nooit eerder is gebeurd.
Golvende stroom
Het is alsof er in de novelle sprake is van een golvende stroom aan informatie. De momenten waarop de lezer werkelijk in de ban raakt van de beeldende verteltrant van de auteur volgen elkaar op als de toppen van de branding. Wanneer er al eens sprake is van een minder sterk gedeelte volgt er al snel een hoogtepunt dat de
fragmentarisch voorkomende zwakheid wegspoelt. De verschillende figuren in de novelle komen echt tot leven, en het levensverhaal van Job wordt, in nauwe relatie tot alle mensen die daarop daadwerkelijk invloed hebben uitgeoefend, op gedetailleerde wijze uit de doeken gedaan. De minder fraaie momenten in Asof het
zummer is doen niet werkelijk wat af aan de rijkdom aan taalvaardigheid, beeldend vermogen en innerlijke volwassenheid die Siebering zijn lezers te bieden heeft. Wanneer een auteur er in slaagt om een beroepsmatig kritisch ingestelde lezer als ondergetekende letterlijk tot aan de laatste bladzijde te boeien en hem, in de allerlaatste regels, ook nog echt met een onverwachte wending weet te verrassen, dan doet het opsommen van mogelijke tekortkomingen en zwakke momentjes onnodig afbreuk aan de eer die Siebering toekomt. De eeuwenoude Drentse taal, die volgens velen langzaam maar zeker van de aardbodem zal verdwijnen, blijkt
in deze novelle een schitterend instrument te zijn waarmee op trefzekere wijze gevoelens, gedachten en psychologische ontdekkingsreizen uitgedrukt kunnen worden. Ik vrees echter dat het boek van Siebering, als psychologisch-confronterend spiegelbeeld, niet interessant is voor jongere lezers, omdat die zich niet direct betrokken zullen voelen bij de denk- en gevoelswereld van een hunkerende introverte vijftiger. Daarbij komt dat het aantal mensen dat met enige regelmaat een
streektaalboek ter hand neemt relatief beperkt is en dat slechts een minimale minderheid van hen in literatuur geinteresseerd is. Het zij zo. Siebering bewijst met Asof het zummer is dat een zeer kleinschalig uitgebracht, en zeer kwetsbaar product, vele malen interessanter en beter kan zijn dan vele uitgaven die als onverbiddelijke kassuccessen over de toonbank gaan.
Rieks Siebering: Asof het zummer is. Het Drentse Boek. ISBN
90.6509.135.1