Rondje Drenthe Bart Veenstra keert terug naar het Blauwe Dorp N.v.h.N. 23-05-2001
Rondje Drenthe Bart Veenstra keert terug naar het Blauwe Dorp N.v.h.N. 23-05-2001
Bart Veenstra keert terug naar het Blauwe Dorp
Bart Veenstra was in 1962 als timmerman betrokken bij de renovatie van het Blauwe Dorp in AssenOost. Die periode maakte zoveel indruk op hem, dat hij er ooit een boek over wilde schrijven. Dat ligt er nu. Anderhalve week geleden is het gepresenteerd. Het onderwerp is gevangen ‘in de titel: Het Blauwe Dorp.
‘De sfeer die ik in het Blauwe Dorp aantrof, heb ik als timmerman nergens anders meegemaakt. Anderhalf jaar zijn we er aan het werk geweest. We sjouwden bij de mensen in en uit, maar er is nooit een dwars woord gevallen. Altijd was er koffie. Het waren gewone mensen en ze waren wel eens wat ruig in de mond, maar ze waren niet ruig in het leven. Dat lag mij bijzonIder. Toen ik nog bij mijn vader in de zaak werkte, probeerde ik ook altijd de klussen bij de arbeiders te doen. Je zat er zo aan tafel. Ze hadden dit of dat niet, maar in menselijk opzicht stonden ze er goed voor. Dat gold ook voor het Blauwe Dorp. Als ik er ‘s morgens uit de bus stapte, renden de kinderen me soms al tegemoet. ‘Meneer, u hebt een hamer bij ons laten liggen’. Ik had eens een klus bij een bank aan de Nieuwe Huizen in Assen. Terwijl ik daar bezig was, kwam een mevrouw van de overkant me vragen of ik haar even wilde helpen. Ze kreeg de deur niet open. Ik liet wat gereedschap in de vensterbank liggen • en toen ik terugkwam was het weg. In de stad kreeg je ook altijd veel meer commentaar.”
Het is duidelijk, Bart Veen stra voelde zich thuis in het sociale klimaat van het Blauwe
Dorp. In zijn boek schrijft hij over de mensen die er woonden en over hen, die er tijdelijk werkten. Over hun leven, over hun geluk, over hun zorgen, over hun liefde. De schrijver is niet ver van de werkelijkheid gebleven. “De gevallen zijn origineel, maar ik heb wel de hele club omgezet. De namen zijn veranderd. Bovendien is het
bijna veertig jaar geleden en zijn de mensen niet meer zo herkenbaar. Een „van de redenen dat ik zo lang met het boek gewacht heb, heeft daar mee te maken. En wat wij destijds voor de Bouwvereniging Assen gerestaureerd hebben, staat er al niet meer. Maar het verhaal zat al lang in de pen. Voordat ik de pijp uitga, wou ik het kwijt
en dat is nu gebeurd. Of ik zelf in het boek voorkom? Laat ik maar nee zeggen, dat is beter.”Toen Bart Veenstra (nu 80) in het Blauwe Dorp rondliep, woonde hij al in zijn huidige woonplaats Gasselternijveen. Hij combineerde, het, timmeren met zijn schrijversschap. Op de bouw was hij een observator. “Ik kwam er allerlei dingen tegen, waar anderen aan voorbij gingen. In het Blauwe Dorp heb ik veel gezien en gehoord, maar daar was ik natuurlijk ook op uit.”Het timmeren bracht het brood op de plank, maar hij leefde voor het schrijven. “Als ik thuis kwam van het werk, ging ik direct aan de slag. Soms ging ik de hele nacht niet naar bed. Dan schreef ik door tot vijf uur, kwart over vijf en om zes uur stapte ik weer in de bus naar Assen.”
Pas later durfde Bart Veenstra de stap te maken die hij altijd had gewenst: fulltime met schrijven bezig zijn. “Ik heb nooit in de bouw gewild, al verstond ik mijn vak. Ik wilde niks, of liever gezegd, ik wilde schrijven. Eigenlijk ben ik er een beetje ingeluisd. Mijn vader was dorpstimmerman in Gasselte. Er waren twee oudere
broers. De oudste wilde wel in de zaak, maar moeder werkte bij een predikant en kwam daar in aanraking met studerende kinderen. Mijn beide broers zijn op de kweekschool terecht gekomen en in het onderwijs gegaan. Toen bleef ik over. Ik heb het bedrijf van mijn vader nog een aantal jaren voortgezet, maar om tijd voor het schrijven vrij te maken, ben ik bij een baas gaan werken. Dan zat ik ‘s avonds niet meer met al die besognes die met een eigen zaak te maken hebben.”Geschreven héeft Bart Veenstra en dat doet hij trouwens nog steeds voor honderd pros cent. Met zijn vrouw Martha vormt hij al jaren de drijvende kracht achter het Drentstalige tijdschrift Oeze Volk. Hij heeft onder meer kinderboeken — die schrijf ik het liefste” — op zijn naam staan en een honr derdtal toneelstukken. Met zijn zoon Henk stelde hij een Drents Woordenboek samen. Hij had columns in de regionale kranten, waaronder het Nieuwsblad van het Noorden en deed nog heel veel meer, Plannen zijn er ook nog genoeg, onder meer voor een boek over het ambacht en het leven van de dorpstimmerman.
Het schrijven helpt hem ook door de moeilijke momenten, Twee keer moest Bart Veenstra in gevecht met kanker en beide keren was hij de win• naar. “Maar de angst is er altijd Als je het twee maal hebt ge had dan denk je dat het inje zit en dat er nog een derde keet volgt. Je probeert net te doen Od het er niet is, maar ik moet wel afleiding hebben. Ik werk toi half twaalf door en sta om ze ven uur op. Wakker ligger moet ik niet, want dan is het spook er ook weer.”
Het Blauwe Dorp door Bart Veenstra Uitg. BAMA produkties. Prijs f 24,-.