Schrijfster blij met tiende bundel gedichten en verhalen 'Dialect staat heel dicht bij je' Coevorden HuisAanHuis. 20-10-2004

Schrijfster blij met tiende bundel gedichten en verhalen ‘Dialect staat heel dicht bij je’ Coevorden HuisAanHuis. 20-10-2004

Schrijfster blij met tiende bundel gedichten en verhalen
‘Dialect staat heel dicht bij je’

De telefoon stond afgelopen zondag roodgloeiend in huize Alberts in Sleen. Allemaal naar aanleiding van de presentatie van Het zingende zaand, het tiende boek van Janny AlbertsHofman. Het is een uitgave van de Stichting Het Drentse Boek, die al eerder dichtbundels van haar publiceerde. Deze nieuw ste bundel bevat 47 gedichten en 17 korte verhalen, allemaal gesteld in de Drentse taal. Om helemaal precies te zijn: in het Zuidenveldse dialect van de Drentse taal. ‘Dialect staat heel dicht bij je. Het is herkenbaar’, zegt Janny Alberts. Die herkenbaarheid is volgens Alberts een belangrijke reden van de grote populariteit van haar pennenvruchten.
Overigens heeft die populariteit haar zelf altijd lichtelijk verbaasd. ‘Ik was ook helemaal niet van plan om deze bundel te maken’, bekent Alberts, ‘maar -de Stichting Het Drentse Boek wilde graag een bundel publiceren van mijn beste werk. Vooruit dan maar, dacht ik. Maar de samenstelling lukte mij niet. Ik heb het geprobeerd, maar ik kon niet kiezen. Ik vertelde dat aan de mensen van Het Drentse Boek. Bleek dat zij al iemand anders aan het werk hadden gezet!’ Die ‘iemand anders’ was Emmy Wijnholds uit Diever, die zaterdag tijdens de presentatie van Het zingende zaand (in Ons

Centrum in Sleen) ook wees op Alberts’ bescheidenheid. ‘Emmy zei nog: “Janny vertelt zelden uit zichzelf iets over haar werk.” Dat is zo. Mijn man Geert is eigenlijk de drijvende kracht. Ikzelf niet’, zegt de nu 75-jarige auteur. Janny Hofman begon al heel vroeg in haar leven met schrijven. Haar ouders hadden een kleine boerderij in Noord-Sleen en als kind was ze veel alleen. Janny was twaalf jaar lang enig kind, kreeg toen een broertje, dat echter niet lang leefde. Ze vertrouwde haar gevoelens toe aan papier. ‘Dat kan ik iedereen aanraden’, zegt ze ook nu nog, ‘Als je ergens mee zit, schrijf het dan van je af. Het is net alsof je het aan iemand hebt verteld.’ Verbrand
In 1953 trouwde Janny met Geert Alberts. ‘Toen heb ik al mijn schrijfsels verbrand. Ik was getrouwd, het alleen-zijn was voorbij.’ Toch pakte ze haar oude hobby weer op. Geert werkte bij de NAM in Schoonebeek, waar het echtpaar ook woonde. Door zijn werk was hij veel van huis, dus was Janny weer vaak alleen. ‘Ik moest toch iets doen om de avonden te vullen’, zegt Janny. Ze schreef gedichten en verhalen, maar vertelde niemand erover. ‘Ik had niet de behoefte om naar buiten te treden met mijn werk.’ Zelfs Geert wist lange tijd van niks.

Hij ontdekte de geschriften van zijn vrouw bij toeval, in een la. Hij was verrast en vond dat Janny iets met haar gedichten en verhalen moest doen. Uiteindelijk is haar werk via Roel Reijntjes in het Drentse tijdschrift Oeze Volk terechtgekomen.
Inmiddels heeft Janny Alberts zes Drentstalige publicaties op haar naam staan en vier Nederlandstalige bundels, uitgegeven door uitgeverij Kok in Kampen. Die uitgeverij heeft overigens ook een gedicht van haar opgenomen in een nieuwe thema-bundel getiteld Het water van de toekomst. Gedichten over de doop. Een gedicht over de doop van een van Janny’s kinderen staat tussen werken van bekende poëten als Huub Oosterhuis en, ietwat gedateerd misschien, maar toch: Maarten Luther. Haar publicaties leidden tot allerlei andere activiteiten. Ze werd bestuurslid van de Drentse Schrieverskring van maandblad Oeze Volk. Ze schreef voor de Emmer Courant. ‘Daar heb ik ontzettend veel reacties op gekregen. Mensen knipten mijn teksten uit en bewaarden ze.’ Op verzoek van de Evangelische Omroep verzorgde ze de weekafsluiting op de radio, met het voorlezen van gedichten.
Vertalingen
Ook heeft ze jarenlang voorgelezen uit eigen werk op allerlei bijeenkomsten, van onder andere Drentse verenigingen elders in den lande. Verder werkte ze mee aan de vertaling van psalmen en gezangen in het Drents. ‘Dat was niet gemakkelijk. Ik zat in een team met onder andere drie domi nees. Al met al zijn we er vele jaren mee bezig geweest.’ Hetzelfde gold en geldt nog steeds voor de totstandkoming van een Drentse bijbelvertaling, Janny werkte mee aan de vertaling van het bijbelboek Jacobus, die inmiddels is voltooid.
Het vertaalwerk van de bijbel in het Drents is nog steeds in volle gang, maar Janny Alberts laat dat graag aan anderen over. Ze heeft de pen sowieso al jaren niet meer echt ter hand genomen. Liever besteedt ze haar kostbare tijd aan reizen, samen met haar echtgenoot Geert. Sinds Geerts pensionering, nu pakweg zeventien jaar geleden, maakte • het echtpaar vakantiereizen naar vrijwel ieder land in Europa.
Toch blijven ze nog wel actief voor de promotie van het Drents en het Drentse boek. Het echtpaar is depothouder voor Stichting Het Drentse Boek en zorgt dus voor de verspreiding van nieuwe Drentse boeken in de Zuidoosthoek van de provincie.
Of er in de toekomst nog een bundel van haar werken verschijnt? Janny betwijfelt het. ‘Wat ik wel heel leuk zou vinden is een bundel van mijn kerstverhalen. Daar heb ik nog heel veel van liggen.’

Het zingende zaand

Janny Alberts put voor haar gedichten en verhalen uit haar eigen ervaringen. Ze houdt van humor, maar schuwt zware onderwerpen evenmin. In Het zingende zaand staan gedichten over een zorgeloze jeugd, over een tevreden oude dag; over verwachtingen die niet of juist wel zijn uitgekomen, over (over)leven en over de dood.

Schrieuen

Warken, zwoegen,
voren ploegen
op blank papier
met letters speulen
woorden zeien
de peerde mennen
van ‘t gevuul
tot het leeft

Lat het heuren
dat ‘t giet lachen
dat ‘t giet schreien
tot oes volk zuk
zal herkennen
op de wagen

mét giet veuren