Schrijver dichter Gerard Nijenhuis is blij met aanmoediging 'Ik zie Culturele Prijs van Drenthe als schouderklopje' Dac 05-09-'87

Schrijver dichter Gerard Nijenhuis is blij met aanmoediging ‘Ik zie Culturele Prijs van Drenthe als schouderklopje’ Dac 05-09-’87

Schrijver / dichter Gerard Nijenhuis is blij met aanmoediging:
‘Ik zie Culturele Prijs van Drenthe als schouderklopje’

EMMEN — De telefoon staat niet stil. Een lopend gesprek met Gerard Nijenhuis is bijna niet mogelijk. Steeds weer loopt hij naar binnen en hoor je hem verbaasd roepen: „Ja,…ha11666! Dank je wel, ja… dank je wel!”. Door zijn werk gedichten, voordrachten, proza – heeft Nijenhuis in Drenthe vele vrienden gemaakt. En zij willen hem geluk wensen met het feit dat hem de Culturele Prijs van Drenthe werd toegekend.

Door Jan Bakker

Gerard Nijenhuis is blij met die Culturele Prijs. „Het is wel een aanmoediging. Als er in de motiva tie staat: voor zijn hele oeuvre, dan zie ik voor mij da t niet als een afsluiting maar als een schouderklopje. Ik heb veel gepubliceerd. Sinds 1978 zes gedichtenbundels en in oktober verschijnt , Winterlicht”, een bundel van 28 gedichten in het Nederlands – waarvan drie met een vertaling in het Drents ernaast – en twaalf illustraties van Gerard van de Weerd. En ik heb, deze vakantie in Frankrijk, nog zeven Drentse sonnetten geschreven ‘

Bewustwording
Wat is de intentie achter Nijenhuis’ literaire aktiviteiten?

„lk denk, dat het een soort beschrijven is van een bewustwording. En daarbij speelt vervreemding een heel grote rol. Ik ben me ervan bewust, dat ik als mens los sta van mijn omgeving; ik heb wel iets van een toeschouwer. Ik heb een ontzettende behoefte om ergens bij te horen: bij het dorp, bij de kerk.
Aan de andere kant loop ik met de gedachte, dat ik nooit ergens helemaal bij zal horen. Dat gevoel zit heel diep: ik ben libêraal van huis uit maar afgeweken naar links; vrijzinnig opgevoed maar christelijk; ik voel me bij de kerk maar sta er los van.

Dubbel
Niet voor niets waren de titels van mijn eerste drie bundels: „Leven op afstand”, „Het dorp bestaat niet meer” en „Dubbelspel”. Daar zit steeds dat dubbele in en ik denk dat dat het thema is van mijn hele oeuvre. Dat dubbele, daar heb ik jarenlang pijn van gehad. Maar ik zie nu, dat dat mijn rol is in het leven : zeggen dat ik bang en onzeker ben. Of dat ik verdriet heb. Ik ben een twijfelaar. Maar ik wil mijn gevoelens niet langer wegstoppen. Ik wil ervoor uitkomen. Dat mijn persoonlij ke omstandi gheden geen rol hebben gespeeld bij de beoordeling van mijn werk en dat juist mij deze Prijs gegeven is, daar ben ik heel blij mee. Maar ik vind, dat ook Peter van de Velde hem wel had mogen hebben: hij is al veel I .anger bezig dan ik. Hij heeft wel niet zoveel gedichten geschreven maar wel prachtig kort proza. En zijn voordrachten vind ik schitterend”

Grote broer
„Drenthe heeft pas sinds het begin van deze eeuw een redelijke literaire traditie: Naarding, Roessing, Jo Bergmans-Wijns. De streektaal heeft voor mij vooral gevoelswaarde. Ze vormt voor mij een verbinding met mijn jeugd. Met het dorp. Ik ben z6 geworteld in de Nederlandse poëzie! Op de HBS in Assen heb ik in de jaren 1945’50 Nederlands gehad van Jansonius. Een geweldig leraar. Die liet ons toen al Achterberg lezen. En Nijhof en Kloos enzo natuurlijk. Daarmee kan je niet in de Drentse si tuatie terugstappen en net doen alsof de Drentse streektaal niet bestaat. Het Nederlands is er de grote broer van. De taal is een stukje van je iden titeit.Als je van je eigen taal overstapt op de taal van een ander – Nederlands, bijvoorbeeld -dan verlies je iets van jezelf. Dat uit zich, dat merk je dikwijls, in krom taalgebruik en beperkte uitdrukkingsvormen. Dat moet dan toch ook schade toebrengen aan de rest van je persoonlijkheid, denk ik”
, De Drentse streektaal bezit warmte, geborgenheid. Ze is poëtisch door het weglaten. Maar ik merk dat je met gedichten in Drents dialekt mensen bereikt, die anders nooit gedichten lezen Een Drentse bundel verschijnt in een oplage van 700 – 1.000 exemplaren; de verkoop ervan loopt, al gaat het langzaam. Een bundel Nederlandse poëzie in eenzelfde oplage wordt 66k verkocht. Maar het betekent wel dat wij relatief méér mensen bereiken. De streektaal functioneert hier: Oeze Volk heeft een vrij constant aantal van ongeveer 5.000 lezers en als ik voordrachten houd,
waarbij ik mijn gedichten uitleg, dan houd ik daar heel persoonlijke contacten aan over.
„Vele Drentse activiteiten vallen steeds weer terug op het Dren the van omstreeks de eeu wwisseling. Ik vind, dat we daar af moeten. Het werk van Hans Heyting, Marga Kool,.. ook van Jannie Boerema en van het blad Roet is een duidelijke vernieuwng. Maar ik vraag me af, of we de opmars van invloeden van het Nederlands op de Drentse streektaal daarmee kunnen weerstaan”.